Wanneer de psychotherapeut Lisa ophaalt bij de receptie maakt ze direct contact met een gulle glimlach. Lisa is een vrouw van begin vijftig die opvallend jeugdig en smaakvol gekleed gaat. Tijdens het intakegesprek draagt ze een kleurige jurk, een rode lok op verder lang blond geverfd haar, veel sieraden en verzorgde make-up. Zo op het eerste gezicht lijkt er geen vuiltje aan de lucht wanneer je naar haar kijkt. Ze presenteert zich als een sterke, onafhankelijke vrouw. Wanneer de intaker hier echter doorheen weet te prikken, komt er veel gevoel los, verdriet maar ook boosheid over het feit dat hij man haar verlaten heeft. Lisa vertelt dat zij recent een zelfmoordpoging achter de rug heeft. Kort daarvoor werd ze door haar man Menno in de steek gelaten, nadat Lisa was vreemd gegaan. Hij kon er niet meer mee omgaan. Omdat hij degene was die haar bestaansrecht gaf, is de scheiding een grote klap geweest. Hij was jarenlang afhankelijk van haar vanwege ernstig rugletsel na een ongeval. Hij gaf haar veel erkenning voor haar steun en droeg haar op handen. Toch kreeg Lisa een knipperlicht relatie met een getrouwde man, ze snapt zelf eigenlijk niet eens precies waarom.
Nu komen oude gevoelens en overtuigingen weer boven zoals het gevoel dat ze er niet mag zijn en dat ze niet goed genoeg is. Haar stemming is altijd somber en zij ervaart alles als zwaar en donker. De relatie met haar zoon is ook verstoord. Hij lijkt alleen langs te komen als hij haar nodig heeft. Nu hij zelfs niet op haar verjaardag kwam, heeft haar zoon voor Lisa afgedaan. Hierna wilde ze een einde aan haar leven maken. Als niemand haar meer wilde, kon ze er maar beter niet meer zijn, vond ze. Lisa heeft jaren voor de scheiding al eerder professionele hulp gehad. Ze voelde zich toen somber en vaak angstig. Ze had een jaar lang gesprekken bij het Riagg, waardoor ze zich wel wat beter voelde. Toch heeft ze toen nooit echt de vinger op de zere plek weten te leggen en liet zij nooit het achterste van haar tong zien. Nu ze weer in de hulpverlening terecht komt, speelt ze wel open kaart. Bij Lisa wordt door de intaker van de Viersprong uiteindelijk een theatrale persoonlijkheidsstoornis vastgesteld.Ze wordt doorverwezen naar het zorgprogramma Transactionele Analyse (TA). Ze wordt opgenomen voor een korte klinische behandeling van 13 weken.
In de eerste week van de behandeling wordt snel duidelijk dat Lisa graag een uitzonderingspositie inneemt. Ze zorgt ervoor dat ze met grapjes en kwinkslagen steeds in het middelpunt van de groep staat. Serieuze momenten lacht ze weg en Lisa wil op het gebied van eten en drinken steeds iets anders dan anderen. In de therapiezitting waar de behandeldoelen worden gemaakt, zorgen alle patiënten dat zij aan bod komen, behalve Lisa. Een dag later wordt alsnog besproken waar haar behandeling over moet gaan. Er wordt door groepsleden en de staf benoemd dat ze op allerlei manieren de aandacht claimt: haar kleding en sieraden, de grapjes, de uitzonderingen. Dit wordt door de psychotherapeut in vragende vorm met haar besproken. Wat is de functie ervan? Het lijkt zoveel energie te kosten en vooral: wat gebeurt er als ze opmerkelijke zaken zal gaan opgeven? Lisa protesteert meteen: ‘daar blijf je van af!’. Het heeft ook zo’n belangrijke betekenis voor haar. Het staat voor haar sterke rol vroeger in het gezin en door haar (voormalige) man werd ze mede hierdoor als sterk gezien.
De weken erna gaat Lisa herkennen dat haar gedrag dient om een onderliggend gevoel van ‘er niet toe doen’ te compenseren. Een gevoel dat zo sterk is, dat ze veel nodig heeft uit de omgeving om in balans te kunnen zijn. Lisa ontdekt in de tweede periode van haar behandeling dat ze vroeger thuis geleerd heeft dat ze niet deugde en dat ze nooit genoeg haar best deed. Hiermee raakt zij het kernpunt van haar behandeling. Ze had als kind zo graag waardering gehad.
In plaats daarvan heeft zij zich bijzonder gemaakt, wat haar veel energie, stress en klachten kost. Door dit inzicht kan Lisa beginnen haar belaste verleden te verwerken en een keuze maken om zich anders te gaan gedragen. Lisa gaat haar uitzonderingsgedrag, hoe eng ook, opgeven. Ook gaat ze leren zichzelf, zonder alle franje, de moeite waard te vinden. Wanneer de behandelaar haar vijf jaar later spreekt voor een interview voor dit verhaal, is ze dankbaar dat ze de kans bij de Viersprong gegrepen heeft en dat ze toen voor zichzelf gevochten heeft. Lisa zegt dan dat zij de basis voor haar nieuwe leven bij de Viersprong gelegd heeft. Ze voelt zich nu een tevreden en stabielere vrouw met een leuke baan, die weet wat ze wil en staat voor wie ze is.