Psycholoog in opleiding tot gezondheidszorgpsycholoog en junior onderzoeker Laura Weekers biedt een nieuw perspectief om persoonlijkheidsproblematiek sneller te herkennen. Haar belangrijkste conclusie: het alternatieve model helpt persoonlijkheidsproblematiek zowel bij volwassenen als jongvolwassenen eerder te herkennen en is voorspellend voor hoe mensen op lange termijn functioneren.
Rechts in beeld: Proefschrift Laura Weekers © vormgeving www.persoonlijkproefschrift.nl
Verdediging bij Universiteit van Amsterdam
Op dinsdag 4 juni verdedigde Laura Weekers – psycholoog in opleiding tot gezondheidszorgpsycholoog en junior onderzoeker- in de Agnietenkapel van de Universiteit van Amsterdam haar proefschrift ‘Towards a new perspective on personality disorder classification. The alternative model for personality disorders in clinical practice’. Met haar proefschrift biedt zij een nieuw perspectief op de classificatie van persoonlijkheidsstoornissen, door het Alternatieve Model voor Persoonlijkheidsstoornissen (AMPD) te onderzoeken in de klinische praktijk.
Nieuw perspectief
Met haar proefschrift biedt Laura een nieuw perspectief op de classificatie van persoonlijkheidsstoornissen, door het Alternatieve Model voor Persoonlijkheidsstoornissen (AMPD) te onderzoeken in de klinische praktijk. In het alternatieve model wordt de basis van persoonlijkheidsproblematiek beschreven als problemen op het gebied van hoe iemand zichzelf ziet en ontwikkelt en hoe iemand zich tot andere mensen verhoudt.
Laura: “Het gaat er om in hoeverre je een stabiel zelfbeeld hebt, doelen in het leven kunt nastreven, je kunt inleven in anderen en wederkerige, bevredigende relaties met anderen kunt aangaan”.
Deze problemen op het gebied van zelf en ander worden op een schaal gemeten van gezond functioneren tot zeer ernstige beperkingen en zijn kenmerkend voor iedereen, ook voor mensen met persoonlijkheidsproblematiek. Deze schaal vormt de basis van het model. Daarnaast worden verschillende stijlen omschreven, deze worden pathologische persoonlijkheidstrekken genoemd.
“De ene persoon is geneigd om angstig en somber te worden en zich terug te trekken, de ander is geneigd om boos te worden, zich boven anderen te plaatsen en impulsief te zijn”, aldus Weekers.
Deze benadering is fundamenteel anders dan het huidige classificatiemodel, waarbij persoonlijkheidsstoornissen vastgesteld worden op basis van een aantal (gedrags)kenmerken. Het alternatieve model probeert meer de onderliggende kwetsbaarheid in kaart te brengen
Uitdaging klinische praktijk
Laura: “Dit nieuwe model is een kans voor de klinische praktijk. Bij de ingebruikname van de DSM-5 bestonden nog geen richtlijnen hoe dit model in de klinische praktijk te gebruiken en er was nog geen onderzoek gedaan naar hoe bruikbaar dit model in de praktijk nu werkelijk is”.
De belangrijkste conclusie uit het onderzoek van Weekers is dat het alternatieve model een veelbelovend hulpmiddel is voor klinische besluitvorming. Juist omdat het helpt persoonlijkheidsproblematiek zowel bij volwassenen als jongeren eerder te herkennen en het meer voorspellend is voor hoe mensen op lange termijn functioneren.
Belang voor behandelaren
Weekers’ onderzoek benadrukt daarnaast het belang om behandelaren te helpen om een optimale therapeutische houding aan te nemen, ook in de intakefase: gericht op samenwerking, niet-oordelend, transparant, met het gebruik van begrijpelijke niet-stigmatiserende taal.
Over Laura Weekers
Laura Weekers is psycholoog in opleiding tot gezondheidszorgpsycholoog en junior onderzoeker bij de Viersprong. Na het schrijven van haar scriptie over de effecten van de behandeling Mentalization Based Treatment (MBT) voor jongeren, begon Laura in 2015 haar loopbaan bij de Viersprong als onderzoeksassistent. In 2017 startte zij met haar promotietraject. In het proefschrift zijn de zeven artikelen, die eerst separaat gepubliceerd zijn in een wetenschappelijk tijdschrift, gebundeld.